In de kern gaat dit verhaal over de rentecurve: het verschil tussen korte en lange rentes. Normaal gesproken levert geld dat langer vaststaat een hogere vergoeding op. Wanneer dat niet zo is, wanneer korte rentes boven lange rentes uitstijgen, zegt de obligatiemarkt iets fundamenteels: het monetair beleid is restrictief, krediet staat onder druk en de economie kan dit tempo niet eindeloos volhouden.
Die inversie is geen timing-instrument. Het is een drukmeter. Ze verschijnt meestal wanneer financieringskosten beginnen te knellen, banken hun kredietvoorwaarden aanscherpen en groei zichtbaar begint te schuren. Historisch gezien begint een recessie niet op het moment van inversie, maar vaak 6 tot 18 maanden later, met ongeveer een jaar als grove middenwaarde. Daarom vallen recessies vrijwel altijd ná de omkering, niet erop.
De ontwikkeling die we gaan beschrijven in dit artikel, kan grote gevolgen hebben voor de bitcoin koers in 2026. Maak dus je stoelriemen vast en lees rustig, zodat je precies begrijpt wat er mogelijk speelt onder de motorkap van de financiële wereld.
Waarom het opnieuw steiler worden geen overwinning is
Dit is het punt waar veel beleggers de fout ingaan. De 10Y–3M-curve werd weer positief eind 2024, na ruim twee jaar van inversie. Op het eerste gezicht lijkt dat geruststellend: gevaar geweken, de economie herstelt. Historisch gezien is het vaak precies andersom.
The yield curve re-steepening suggests we are entering the “danger zone”
In almost every cycle back to the 1960s recessions began after the 3-10 Treasury curve re-steepened, not during the inversion.
The first chart shows the 3-Month Treasury (blue) vs. 10-Year Treasury (red)… pic.twitter.com/lblWsW4ydj
— Tobias Carlisle (@Greenbackd) December 8, 2025
Voor de financiële crisis van 2008 keerde de curve al in 2006 terug naar positief terrein. Aandelen stortten toen niet direct in. Die klap kwam later, toen de schade zichtbaar werd in werkgelegenheid, woningmarkt en kredietverliezen. De curve voorkwam de crisis niet. Ze gaf aan dat de stressfase al achter de rug was en dat de vertraagde gevolgen eraan kwamen.
Dat is meestal wat een exit uit inversie betekent. Niet dat het probleem voorbij is, maar dat de vertraging begint door te werken.
Er bestaat geen perfecte statistiek voor “uninversion → recessie”, zoals die wel bestaat voor inversie zelf. Dat hangt af van welke curve je gebruikt, hoe je de exit definieert en welke tijdsfrequentie je kiest. Maar conceptueel klopt het beeld: vaak begint de economische verzwakking tijdens of na de resteepening, omdat die meestal samenvalt met centrale banken die versoepelen in reactie op afkoelende groei. Zie het als een kans van grofweg 70%, met ruime foutmarges. Het mechanisme is belangrijker dan het exacte percentage.
Waarom COVID de cijfers vertroebelt
COVID verstoorde het klassieke patroon. Het was geen economische cyclus die vastliep, maar een externe schok die de economie abrupt stillegde. Tegelijkertijd reageerde de Fed onmiddellijk en extreem, waardoor de gebruikelijke vertraging tussen inversie, normalisatie en recessie sterk werd verkort. Dat maakt 2019–2020 minder geschikt als leerboekvoorbeeld, ook al werkte het onderliggende signaal uiteindelijk wel.
Waar we nu staan
Dit is geen toekomstscenario meer. Dit is de fase waarin we nu zitten. Historisch gezien betekent het verlaten van inversie niet dat de economie reset, maar dat zij de opgebouwde schade begint te verwerken. Stress verdwijnt niet, ze verschuift vooruit in de tijd.
Als we eind 2024 nemen als referentiepunt voor de normalisatie van de curve, dan bevinden we ons nu al in het historische risicovenster. Met het eerste deel van die vertraging inmiddels achter ons, verschuift het zwaartepunt logischerwijs richting 2026.
Wat dit betekent voor bitcoin
Voor bitcoin is dit een dubbel signaal.
Aan de ene kant: een economie die afkoelt en richting versoepeling beweegt, betekent op termijn lagere rentes, ruimere liquiditeit en een zwakkere dollar. Dat is historisch gezien een gunstig klimaat voor schaarse assets. Niet omdat alles meteen stijgt, maar omdat het monetaire regime langzaam draait.
Aan de andere kant: die draai gebeurt zelden zonder volatiliteit. In de overgangsfase, waarin groei vertraagt maar liquiditeit nog niet volledig terug is, worden risicobeleggingen vaak nog één keer getest. Bitcoin is daar geen uitzondering op. In eerdere cycli presteerde Bitcoin zwak of zijwaarts vlak vóór het moment waarop liquiditeit echt terugkeerde.
Dat maakt de huidige fase verraderlijk. Wie alleen naar prijs kijkt, ziet stagnatie. Wie naar de curve kijkt, ziet timing.
De curve vertelt ons niet dat alles beter wordt. Ze vertelt ons dat restrictief beleid zijn werk al heeft gedaan en dat de economie nu door de vertraagde gevolgen beweegt. Historisch gezien is dat niet het moment van comfort, maar van voorzichtigheid.
Voor bitcoin betekent dit waarschijnlijk geen directe explosie omhoog, maar wel een structurele verbetering van het decor richting de volgende fase. Als de curve steiler werd omdat lange-termijn groeiverwachtingen aantrokken, zou dat een ander verhaal zijn. Maar dit is een steilere curve omdat de markt lagere korte rentes verwacht, en die verwachting ontstaat zelden uit kracht.
De klok loopt. Niet richting paniek, maar richting een nieuw regime. En zoals altijd in macro: de beweging komt niet wanneer iedereen ernaar kijkt, maar wanneer de vertraging zijn werk heeft gedaan.
Het bericht De curve is gedraaid en de klok tikt: grote gevolgen voor bitcoin verscheen eerst op Crypto Insiders.

