Ethereum (ETH) is sinds zijn overstap naar proof-of-stake (PoS) een stuk efficiënter. Dat komt omdat miners niet langer meer nodig zijn voor de beveiliging van het netwerk en het verwerken van transacties. Maar zoals ik eerder in mijn columns heb geschreven kampt de grootste altcoin van dit moment met een groot probleem. Een probleem waar veel mensen het probleem nog niet echt van in lijken te zien.
Ethereum en de weg naar centralisatie
Ethereum en in combinatie met het woord centralisatie hebben we de afgelopen tijd vaak voorbij zien komen in het ethereum nieuws. Niet langer zijn het de miners die transacties verwerken, maar validators. Dat zijn ETH hodlers die een validator draaien waarvoor zij minimaal 32 ETH moeten vastzetten.
Dat is meteen het eerste pijnpunt waardoor het nieuwe Ethereum wellicht niet optimaal is gebouwd om decentralisatie te stimuleren. Idealiter zou iedereen wie maar wil, waar ook ter wereld, een validator moeten kunnen draaien. Door de drempel om dit te doen laag te houden kan dit de decentralisatie van het netwerk centraliseren.
Maar in het geval van Ethereum dient men tenminste 32 ETH vast te zetten. Heb jij 32 ETH (zeg dik €40.000) over om dit vast te zetten in het netwerk? De kans is groot van niet. Alsnog kan je ethereum verdienen en ETH staken via een staking pool of crypto exchange, maar dan ben je alsnog afhankelijk van de partij die de uiteindelijke validator draait.
Wil je vaker mijn mening over crypto-dingen horen? Volg mij via deze link op Twitter!
Centralisatie dreigt op meerdere lagen bij Ethereum
Maar naast de dreigende centralisatie van validators is deze dreiging er ook op een ander vlak, namelijk bij de partijen die “maximum extractable value (MEV)” oplossingen aanbieden. MEV helpt validators zoveel mogelijk waarde uit het valideren van transactieblokken te trekken. Het is een ingewikkeld technisch verhaal. Enigszins kort door de bocht helpen deze partijen je om de meest waardevolle transacties in het netwerk te vinden en deze aan jouw transactieblok toe te voegen. Zo behaal je een maximaal rendement uit transactiekosten etc.
Dat betekent echter dat je het kiezen en verwerken van transactieblokken als validator uit handen geeft aan een andere partij. Kijken we naar een website als MEV Watch dan valt op dat veel van deze ‘relays’ zich in een regio bevinden waar de Office of Foreign Assets Control (OFAC) toezicht houdt. Op dit moment is dat 51% van alle transactieblokken.
Wat betekent dit in de praktijk? Dat betekent dat 51% van de transactieblokken het risico lopen om gecensureerd te worden op basis van de eisen die de OFAC stelt en dat transacties met Tornado Cash er al uit worden gefilterd. Uit data blijkt verder dat het aantal validators dat deze MEV-diensten gebruikt aan het toenemen is. Het zwaard van centralisatie wordt dus al maar scherper.
Problemen zijn bekend
Dit klinkt natuurlijk allemaal heel catastrofistisch, en dat kan het ook worden. Op dit moment lijken er echter geen grote problemen te ontstaan als gevolg van deze centralisatie. Op den duur kan de centralisatie erger worden waarmee grotere problemen wel de kop op kunnen steken.
De Ethereum community is natuurlijk niet dom. De problemen zijn bekend en in de toekomst zullen vast en zeker verbeteringen doorgevoerd worden die de dreiging moeten oplossen. Desalniettemin vind ik dat Ethereum misschien te gehaast de overstap naar PoS heeft gemaakt en hier teveel compromissen heeft gemaakt.
The post Analyse: Timo’s take: Ethereum en het zwaard van centralisatie
appeared first on Crypto-Insiders.